meta name = “viewport” content = “width = device-width, initial-scale = 1.0”
27 t/m 31 oktober 2011
Het boeken van een wandelvakantie lijkt al een belevenis op zich te worden. Je zou bijna denken dat ik het er voor het schrijven van een mooi verhaal om doe. Ook ditmaal ging de organisatie bepaald niet over rozen. We hadden in eerste instantie een blokhut besproken voor de 1e week van september. Deze bleek 2 maanden na onze reservering verkocht te zijn. We kregen keurig onze reserveringskosten terug en we moesten op zoek naar een nieuwe bestemming.
Gelukkig zijn er vakantiehuisjes genoeg in België en hebben we vaker met dit bijltje gehakt. Het vinden van een nieuwe locatie voor de zelfde periode was dan ook geen probleem.
Eindelijk was het zover. Met een auto vol spullen en honden waren we in 2,5 uur rijden op de plaats van bestemming. We wisten niet precies welk huisje het was en gokten maar op de woning met de sleutel onder de deurmat. Dit bleek ook inderdaad een huisje zonder kachel, dus dat kon niet missen. Na een korte ontmoeting met de eigenaresse was het alleen nog een kwestie van de auto uitpakken en een rugzak inpakken. We waren klaar voor de eerste kilometers. De wandeling die we maakten was zo’n 15 km, landelijk en heuvelachtig.
De volgende dag gingen we voor het echte werk de bergen in. We wilden naar een afgelegen gebied dat achter de snelweg lag.
Volgens de eigenaresse kon je daar alleen maar komen als je helemaal door de vallei ging. Daar kon je een hoge brug onderdoor. Tunneltjes speciaal voor wandelaars bestonden in België niet, dus als je een andere overweg zocht moest je doorlopen tot in de volgende vallei. Rekening houdend met de survivaltips van Miranda “We kunnen altijd nog terug” en “Meestal komt het wel goed ” kwamen we inderdaad weer bij de brug uit, maar ook 800 meter bij het huisje vandaan. We hadden hiermee een nieuwe aanvliegroute gevonden.
Al met al hadden we een prachtige tocht van 24 km achter de rug. De honden hadden er zichtbaar van genoten. De corgi’s zaten helemaal onder de klei en konden direct onder de douche.
De volgende morgen heb ik me dan ook maar laten verwennen met een heerlijk ontbijtje. We hadden afbakbroodjes gekocht, maar er bleek geen oven in het huisje te zitten. Met wat creativiteit lukte het ook om de broodjes in een koekenpan met deksel te bereiden.
Na het ontbijt gingen we weer op voor een grote ronde van 25 km. We hadden tijdens de vorige route een kortere weg ontdekt naar de brug en zo kwamen we snel in een nieuw gebied. Daar vonden we zelfs meerdere tunneltjes onder de snelweg door. Ook op deze wandeling volgden weer zinvolle survivaltips van Miranda, zoals “Zoveel mogelijk hoog blijven voorkomt klimmen”.
De tip “Laag is het natter, blijf vooral in de buurt van boomwortels lopen” bleek waardevol en vooral zeer humoristisch, toen ik achter me een klein stemmetje hoorde: “Help ik zit vast.”
Toen ik me omdraaide, zag ik Miranda met beide benen tot aan haar knieën in de blubber staan. Tijdens de verdere wandeling kon ik het dan ook niet laten om haar, naast het vragen “of ze haar jas nog wel had” ook met regelmaat aan haar briljante tip te herinneren.
De laatste dag maakte we nog een mooie tocht door een meer gecultiveerd bos, waarmee tevens een einde kwam aan ons Ardennenavontuur.
No Code Website Builder